Oefeningen

in Rusteloosheid

Sinterklaasdisclaimer

Sinterklaasdisclaimer: De Sint noch zijn entourage kan verantwoordelijk worden gehouden voor het bandeloos opgroeien van uw kroost na het bekijken van Dag Sinterklaas en afgeleide kinderprogramma’s. 

Kinderprogramma’s als Dag Sinterklaas en Sinteressante dingen hebben een even eenvoudig als pretentieloos opzet: kinderen laten genieten van hun kind-zijn. In pyjama, met vochtige haren en gepoetste tandjes, knus in de zetel tussen papa en mama (andere combinaties kunnen ook) ervaart de kleuter spanning, humor, verdriet en misschien nog wel het allerbelangrijkste, een wonderlijke fantasiewereld. 

Om dat te bereiken wordt gewerkt met eenvoudige verhaallijnen, typetjes en stereotypes, al is dat op zich niet voldoende om er een echt feest van te maken. Het geniale van Hugo Matthysen is dat hij het kind serieus neemt en op zijn eigen dolkomische manier de vragen van het kind stelt (en beantwoordt) en niet de vragen waarvan de volwassene dénkt dat het kind ze stelt. Voeg daar acteurs aan toe (e.g. Bart Peeters, Els Dottermans) die hun kind-zijn nooit zijn kwijtgeraakt en je hebt alle ingrediënten voor een reeks waar generaties mee kunnen opgroeien.

In een opiniestuk in De Morgen toont Frank D’hanis zich bezorgd over het welzijn van onze kinderen. Hij waarschuwt voor het gevaar van: “stereotypes rechtstreeks in de geesten van kinderen prenten”. Hij denkt dan aan Conchita en Ramon (Els Dottermans en Pieter Embrechts) die hun flets en flauw (sic) personage met een Spaans accent laten praten. Volgens Frank D’hanis kan dit beter. Hij stelt voor Spaanstaligen te gebruiken. Zij zouden naast een geloofwaardig accent ook meer diepgang aan de rol kunnen geven door het authentiek Spaanse uit te dragen. Op die manier kunnen onze kinderen opgroeien zonder kwetsende clichébeelden van paella-etende, flamenco-dansende, met appelsienen jonglerende Spanjaarden.  

Ik durf er gif op innemen dat indien Spanje het volgende Eurovisiesongfestival wint er in de promofilmpjes paella-etende, flamenco-dansende, met appelsienen jonglerende Spanjaarden zitten. Net zoals er in de editie 2022 in Rome een drone over het Colosseum zal vliegen. Ongetwijfeld zal er ook weer flink gejodeld worden in de Alpen tijdens het intermezzo van het nieuwjaarsconcert van de Wiener Philharmoniker.

vrachtschip vaart over de Hudson met op de achtergrond een stuk van de skyline van Ne York. Onder andere rokende schouwen.

Mochten onze kinderen alleen dit soort informatie krijgen, dan zou er inderdaad een probleem zijn. Gelukkig doen ouders hun best om de opvoeding van kinderen iets breder te zien en lezen ze al eens voor (een kindereditie van Don Quichot bijvoorbeeld), of bezoeken ze op vakantie een lokaal marktje en wie weet zelfs een museum of folklorefestival. Op school investeren leerkrachten energie en creativiteit om leerlingen wegwijs te maken in het complexe kluwen van een land: geschiedenis, maatschappij, economie, geografie, literatuur, ja zelfs de lokale keuken komt aan bod. Dankzij de jeugdbeweging komen kinderen in contact met jongeren uit minder voor de hand liggende landen als Albanië en Macedonië. – Op die manier komt een opgroeiend kind laag na  laag te weten dat er in Spanje naast paella en appelsienen ook politieke onrust is, en dat er ganse dorpjes in het binnenland leeglopen, en dat het onderwijs er duur is en schoolverlaters op 16 geen uitzondering. 

Los van de bedreigde kinderziel stel ik me de vraag wie zich hierdoor diep gekwetst voelt. Welke racistische daad typetjes als Conchita of acteurs uit Thuis plegen wanneer ze zich aan het accent van een anderstalige wagen. Wie zijn toch die geschoffeerde medemensen telkens ‘Allo ‘Allo! of Monty Python op het scherm komt, of wanneer het woord flietjes valt? – Er zullen er ongetwijfeld zijn die er aanstoot aan nemen, maar is dat dan per definitie racistisch? Veel zit natuurlijk in de context en intentie, maar dat is voer voor een ander debat.

Als accenten ertoe doen zal woordkeuze minstens even belangrijk zijn. Frank D’hanis kiest voor het begrip blackface om het over Zwarte Piet te hebben. Op zich klopt het natuurlijk, Zwarte Piet is in de meeste gevallen een zwartgeschminkte witte man. Dat blackface echter een heel andere connotatie heeft in Amerika dan Zwarte Piet bij ons wordt onvermeld gelaten. Wie wil begrijpen waarom blackface zo’n beladen begrip is in de VS kan zich aan The Bird of a Nation (1915) wagen (integraal te bekijken op YouTube).

Nog niet zo heel lang geleden zaten de Vlaamse schooltjes vol met witte kindjes, was Zwarte Piet een abstracte figuur en de Sint een goedheiligman. Vandaag zit de klas vol met kindjes gaande van melkwit tot fondantzwart. Dat Vlaamse kinderen met een donkere huid zich ongemakkelijk voelen bij Zwarte Piet hoeft geen betoog. Binnen die (nieuwe) realiteit Zwarte Piet een facelift geven door er een roetpiet van te maken is dan ook een elegante en noodzakelijke evolutie. Wie het daar moeilijk mee heeft, moet zich de vraag durven stellen of hij/zij de essentie van het Sinterklaasfeest wel begrijpt.

Ik stel vast dat er een trend is om het verleden te herschrijven met de pen van vandaag. – Wie oude zwart-witfoto’s bekijkt ziet weinig kleur. – Daarmee vertel ik niets wereldschokkends. Maar zelfs indien er toen een Kodacolor-filmpje was gebruikt, dan nog zou je maar weinig kleur te zien krijgen. De bomma’s en bompa’s, nonkels en tantes en al het klein grut was blank, de pastoor was blank, de boerenzoon was blank en de boerenmeid zachtroze. Verder waren de kostuums en rokken zwart, grijs of ondefinieerbaar van kleur, alleen met de voorschoot durfde men al eens uit de bol gaan door er een gekleurd biezeke op te naaien.

Dat onze samenleving letterlijk en figuurlijk kleurrijker is geworden, en dat we ons “bewuster [zijn] geworden van de situatie van groepen mensen die vroeger niet overwogen werden” (dixit Frank D’hanis), kan niemand zijn ontgaan. Daar kunnen we alleen maar vrolijk van worden. Diversiteit heeft zoveel meer voordelen dan nadelen. Wie daaraan twijfelt verarmt zichzelf en doet zijn medemens onrecht aan. Maar het is vandaag blijkbaar niet voldoende om ons denken, en aansluitend ons gedrag, te laten evolueren op basis van nieuwe inzichten en gevoeligheden; een proces waardoor we een veranderende samenleving als overwegend positief kunnen ervaren. – Neen, we moeten met die verlichte geest onze jeugd fileren, en als het even kan ook de tijd van onze ouders en grootouders. We moeten onze kleine en grote geschiedenis aan een audit onderwerpen. Wat van ver of dichtbij niet past binnen de moraal van vandaag krijgt een stempel. In George Orwells’ 1984 hadden ze daar het Ministerie van Waarheid voor.

Alles moet met de tijdsgeest van vandaag worden gewassen. Dat de tijdsgeest van gisteren aan andere krachten, gevoeligheden en inzichten onderhevig was, wordt voor het gemak genegeerd of erger, vergeten.

stoomboot

Zin in meer?